De
Rhododendron Hoeve
Het planten van de
rhododendron.
De rhododendron stelt eisen aan de
grond.
Om een mooie en goed groeiende
rhododendron in uw tuin te krijgen is het
noodzakelijk, dat ze geplant wordt in de juiste grondsoort.
De rhododendron verlangt zure tuingrond. Een kalkhoudende of
basische grond is niet geschikt voor de rhododendron.
Eenvoudig gezegd:
Zandachtige of veengrond is veelal zuur en geschikt voor het
voortkweken van deze mooie plant.
Kleigond is nagenoeg altijd te kalkrijk, dus niet geschikt
om een rhododendron te planten. Voor tuinliefhebbers
met kleiachtige tuingrond, die toch een mooie en kleurige
rhododendron in hun tuin willen, hebben we onderaan dit
hoofdstuk een oplossing
beschreven.
De zuurgraad van de grond
moet liggen tussen 4 en 5,5 om de plant de
voedingstoffen goed te kunnen doen opnemen. U kunt
de zuurgraad van uw tuingrond zelf meten. Hiervoor zijn bij tuincentra eenvoudige testsetjes
te verkrijgen.
Naast het voldoende zuur
zijn van de grond is het nodig dat de grond
voldoende vocht kan vasthouden. De grond moet
humusrijk zijn.
Door de grond onder en om de rhododendron te
bedekken met blad en ander organisch materiaal
creëert men een goed vochtvasthoudende
grond. Daar kan men dan nog een laagje tuinturf
overheen strooien, waardoor de grond voldoende vocht
kan vasthouden en niet al te zeer zal
opwarmen.
De meeste rhododendrons
houden van schaduwrijk. Halfschaduw !
Er zijn
rhododendrons die goed in de volle zon kunnen staan.
Daarbij is het echter altijd erg belangrijk, dat de grond altijd
voldoende vocht kan vasthouden
en wordt beschermd door een flinke mulchlaag (blad
en andere organisch materiaal).
Halfschaduw is eigenlijk altijd de beste plaats.
Te dicht bij, direct naast of onder een boom of
grote struik is niet goed. De boom of grote struik
heeft zelf veel vocht en voeding nodig. Deze wordt
dan onttrokken aan de rhododendron, waardoor een trage
groei en slechte ontwikkeling zal ontstaan.
Met betrekking
tot zon of schaduw kunt u de volgende regel
aanhouden:
Groot blad (15 tot 20 cm of groter) : een schaduwrijke
plaats.
Klein blad : een plaats in de zon kan, maar
vermijd de felle middagzon.
Een plaats in
volledige schaduw of heel erg weinig zon is niet
goed. De planten zullen dan wat spichtig met lange
takken en niet compact opgroeien.
Planten in de tuin.
Het in de tuin planten van de
rhododendron moet met enige aandacht gebeuren. In de eerste
plaats moet aandacht besteed worden aan de
standplaats. Hierboven is beschreven wat voor uw
rhododendron een goede plaats is: Geschikte grond en niet te
veel zon.
De rhododendron mag niet
te diep geplant worden. De meeste soorten hebben hun
wortels vrij dicht onder de oppervlakte. Te diep
planten berooft de wortels van de struiken van
lucht.
We maken een ruim plantgat,
waarin de plantkluit aan alle zijden en onderin
tenminste 30 cm ruimte heeft. Onderin wordt het
plantgat gevuld met
losse grond, gemengd met bladaarde of tuinturf. Geen
compost, want die is meestal te kalkrijk. Kalk is
slecht voor de rhododendron.
- Vóór het planten wordt de plant met pot enige tijd
onder water gedompeld, zodat de wortelkluit met water verzadigd raakt.
- De pot
wordt verwijderd en de plant wordt in het ruime plantgat geplaatst, zodanig, dat
de bovenkant van de kluit ter hoogte van
het maaiveld komt.
- Het
plantgat en de bovenkant van de kluit wordt aangevuld met
rhododendrongrond, eventueel
gemengd met wat bladaarde.
- De grond om de plant wat aandrukken, maar niet zodanig
stevig dat alle lucht uit de grond wordt geperst.
- Resterende grond in een cirkel om het plantgat werken,
waardoor de plant
in een soort kuiltje komt te staan. Hierdoor zal het
gietwater later niet voor de
plant verloren gaan, maar dicht bij de plant in de grond kunnen dringen.
- De grond om de plant vervolgens bedekken met een 5 cm
dikke mulchlaag van blad, tuinturf, gecomposteerde schors of
bladaarde.
Deze laag moet de grond bedekken, maar mag de stam van de plant niet
raken.
- Na het planten
rijkelijk water geven ! Vervolgens in het eerste voorjaar en zomer
steeds voldoende water geven.
Het planten van een
rhododendron kan door het hele jaar behalve tijdens vorstperiodes.
Midden in de zomer, als het snikheet is, is planten
van rhododendrons ook niet aan te bevelen. Bij
planten in de nazomer of herfst, de plant niet bemesten !
Een rhododendron voor balkon of terras. Een kuipplant.
Als u de rhododendron in een pot of teil wilt plaatsen,
voor balkon of terras, is het verstandig altijd een pot, teil of kuip te kiezen
van voldoende omvang. Dit niet alleen voor de wortelvorming, maar ook vanwege de
grotere watervoorraad. Rondom de wortelkluit moet een
ruimte zitten van tenminste 5 cm.
Neem een pot/kuip met een gat onderin voor de afwatering van overtollig water.
De pot of kuip vullen met speciale rhododendrongrond. Deze
is voldoende zuur en watervasthoudend.
Kies een rhododendron, die niet al
te hoog wordt. Bij de beschrijving van ons assortiment wordt
de hoogte na 10 jaar aangegeven. Neem er een, die zeker niet hoger
dan 150 cm wordt !
Ook nu wordt de plant met pot vóór het planten enige
tijd onder water gedompeld, zodat de wortelkluit met water verzadigd raakt. De
pot wordt verwijderd en de plant kan in de kuip worden geplaatst, zodanig dat de
bovenkant van de kluit enige centimeters onder de rand komt.
De grond enigszins aandrukken. Doordat de bovenkant van de
kluit 1 of 2 centimeter onder de rand komt, zal later bij het water geven het
water niet meteen over de rand stromen.
Bij het zoeken van een goede plek voor de pot, kuip of
teil ook weer bedenken: Niet in de felle middagzon, niet in
volledige schaduw.
De rhododendron zal het best
gedijen in halfschaduw.
Een rhododendron in de kuip heeft in voorjaar, zomer en
herfst elke dag water nodig. Dus als het niet regent,
gieten !
Als na enige jaren her wortelgestel te groot wordt voor de
kuip of teil:
opnieuw ompotten.
Kleigrond en toch een mooie
rhododendron in de tuin.
Zoals hiervoor al gezegd, een
rhododendron stelt eisen aan de grond. De grond moet zuur
zijn en dus niet kalkrijk.
Kleigrond is per definitie zeer kalkhoudend, dus een
rhododendron zal het daarin niet goed doen.
Ondanks de kleigrond, wilt u toch mooie rhododendrons in uw tuin.
Voor elke plant
afzonderlijk een diep en breed gat graven en daarin
geschikte grond is op de lange duur eigenlijk niet
succesvol. De grond zal langzaam worden gemengd met
de klei in de omgeving, grondwaterstroompjes zorgen
voor aanvoer van kalk, waardoor de pH waarde
(zuurgraad) van de grond langzaamaan te hoog zal
worden. De planten zullen slechter gaan groeien en
bloeien.
Bij een tuin met kleigrond
kunt u het best
zorgen voor een afgescheiden stuk grond, speciaal
voor de rhododendron.
Bijvoorbeeld een
verhoogde border van 50 cm diepte, met aan de
zijkanten afgesloten wanden, zodat er geen
vermenging van grond plaatsvindt. De border wordt
gevuld met bosgrond of zand en gemengd met tuinturf
of turfstrooisel.
Ook kan voor elke afzonderlijke rhododendron een kuip met de
juiste grondsoort worden ingegraven. De kuip moet
aan de onderkant voldoende gaten hebben voor de
afvoer van overtollig water. Aan de zijkanten geen
gaten, anders zou kalkrijk water kunnen
binnendringen. De diepte van de kuip moet ongeveer
50 cm. zijn.
Wij hebben desgewenst geschikte kuipen en
rhododendrongrond in voorraad.
Verplanten.
Als u een rhododendron wilt
verplanten naar een andere plaats in de tuin, kunt u dat het
beste doen op een vochtige herfstdag.
De plant heeft in de herfst maar weinig energie nodig. De
wortelactiviteit is gering.
Graaf eerst een nieuw
plantgat op de plaats waar de rhododendron moet
komen. Plantgat moet een omvang hebben van ongeveer
de omvang van de takken van de te verplaatsen plant.
De diepte moet ongeveer 50 cm zijn. Onderin wordt
het plantgat gevuld met
losse grond, gemengd met bladaarde of tuinturf. Geen
compost, want die is meestal te kalkrijk.
Dan moet de plant worden
uitgegraven. We lazen ergens een mooie uitleg.
"Trek rondom de plant een lijn die de uiteinden van
de langste takken aangeeft. Bind daarna de takken en
bladeren van de plant voorzichtig licht bijeen door
er een stuk koord omheen te wikkelen. Vouw alles
geleidelijk netjes tezamen.
Begin met het graven van een greppel van 25-30 cm
diep langs de op de grond getrokken lijn, die
ongeveer de grens van het wortelstelsel aangeeft.
Blijkt de onderkant van het stelsel bereikt, dan
wordt rondom de plant naar het midden toegewerkt,
onder de wortelkluit door. Die staat dan tenslotte op
een klein platform. Met een spade wordt de
wortelkluit iets naar een zijde gekanteld en er
worden wat wortels en grond afgestoken. Dat moet
rondom gebeuren, totdat de wortelkluit geheel los
is.
Wikkel de wortelkluit voor transport in zakkengoed
of kippegaas. Draag de kluit of sleep deze op een
stuk zeildoek naar de nieuwe plek."
Vervolgens planten, zoals
hierboven bij "Planten in de tuin" beschreven.
|